<-- Terug
 
Op de vlucht voor de reuzenslangen, dwaalde ik door de gangen. Plots
zag ik kleine beestjes bewegen tussen de zuilen en het puin. Hun
achterlijf stak drijgend omhoog. Het waren schorpioenen !
Het krioelde ervan! Ze kwamen vanonder de rotsen gekropen en alle
zuilen zagen er zwart van. Ik zwaaide met de Ankhinator in een verwoede
poging om mezelf te beschermen. Telkens ik mijn amulet rechtstreeks
op een van de beesten richtte, slaakte het een afgrijselijke doodskreet en
stierf. Ik doode er zoveel ik kon, maar er waren er te veel.
Ik maakte voor mezelf een pad vrij uit deze onderaardse stad, geregeerd door
de schorpioenen.
Maar
er stond me nog een veel "grotere" verrassing te wachten. Toen ik me
omdraaide, kwam ik oog in oog te staan met de ongekroonde
Schoepioenenkoningin! Ze was reusachtig. Het gigantische beest
zat roerloos bovenop een steen op me te wachten! Het monster richtte
zijn reusachtige staart naar me en haalde uit met zijn messcherpe scharen.
Ik verdedigde me met de Ankhinator en richtte op zijn groene ogen, die me de
enige zwakke plek leek in zijn voor het overige ondoordringbare harnas.
Ik moest het beest doden voor ik doorboord werd door zijn gifstekel!
--> Vervolg
|