In dit artikel willen we even de aandacht vestigen op de Belgische situatie in de pretindustrie, wat betreft de vraag en aanbod op het vlak van shows en entertainen. Want uit een kort overzicht blijkt al gauw dat België in vergelijking met vb. Duitsland niet zo’n groot aanbod heeft. De grote reden hierachter? Houden Belgen minder van shows dan Duitsers?


De Belgen

Het is in ieder wel zo dat Belgen algemeen beschouwd vooral praktische mensen zijn. Het moet allemaal een beetje vooruit gaan en aan wachten of tijdverlies heeft men een broertje dood. Shows komen dan bij Belgische parkbezoekers dan ook op een bijkomende plaats, voor wanneer er nog tijd over is, nadat alle attracties zijn aangedaan, of om aan te doen als de weersomstandigheden zo slecht zijn dat men buiten toch niets kan “doen”.

Praktische gevolgen zijn dan ook dat de shows in België vooral van kortere duur zijn (tussen 20 en 30 minuten), een snelle afwisseling bieden van acts (anders is men al gauw verveeld) en meestal ook doorgaan in gesloten theaters, met als gevolg dat de ruimten multifunctioneel dienen benut te worden en de opbouw van decors vrij beperkt blijven, als ook de investeringen van de parken zelf.


Shows

Wil dit dan zeggen dat de shows in de Belgische parken flauw zijn? Absoluut niet. Af en toe probeert men zelfs de handen in elkaar te slaan en shows te creëren vanuit één groep (denk vooral aan de Six Flags parken), of van een hogere kwaliteit, zodat mogelijk later de producties een eigen leven kunnen gaan leven, ook buiten de eigen parken. Een schoolvoorbeeld is vb. de musical “Doornroosje”, ontwikkeld door Studio 100 (de werkende kracht achter Plopsaland), welk nu ook zal opgevoerd worden in de Efteling. Anderzijds probeert men artiesten soms slechts half-time in te schakelen (vb. Bobbejaanland), zodat de investeringskosten wat lonen aan artiesten betreft, minimaal blijven.

Op die manier wordt dus inderdaad handig ingespeeld op de beperkte vraag van Belgen, al blijft het voor de fans van echte shows dan toch wat jammer dat mogelijkheden niet meer benut worden. Zo beschikt Bobbejaanland toch over een echt theater, net zoals Plopsaland, waar nog meer mee kan aangevangen worden dan vandaag reeds gebeurt, terwijl Six Flags Belgium dan toch de moeite doet om te investeren in de ombouw van bestaande infrastructuren om twee shows in het park te kunnen laten doorgaan. Voordeel voor Bobbejaanland en Plopsaland is echter dat ze sneller zich kunnen aanpassen aan trends (vb. het succes van Piet Piraat) dan Six Flags Belgium, welk met een vaste scène zit en een show voor 3 jaar.

Maar al bij al, de situatie in België is nog niet helemaal bedroevend te noemen. De shows zijn praktisch van aard en hebben over het algemeen iets te “vertellen”. Ze lonen dan ook de moeite om tijd voor vrij te maken en mogen gezien worden.

Eén van de absolute aanraders en toppers van Europees niveau is de dolfijnen- en zeeleeuwenshow in Boudewijnpark. Leuk in combinatie met een bezoekje aan de stad Brugge.


Overzichtje

Tekst: Steven Loockx (aka Stefke)
Foto's: ThemeParkVision